Natuursteen is zo oud als de aarde zelf.

Het is een verzamelnaam voor alle gesteenten in de aardkorst.

De vorming is een proces dat nog steeds door gaat.

 

Sinds mijn eerste beeldje heeft het bewerken van zachte stenen me niet meer los gelaten.

Ik gebruik speksteen, albast en seleniet.

Deze zijn zacht genoeg voor handgereedschap.

 

De hardheid van natuursteen wordt uitgedrukt in Mohs (Friedrich Mohs, hardheidsschaal 1 t/m 10, 1822).

Hardheid 1 geldt voor de zachtste speksteen, hardheid 10 voor diamant.

 

-Speksteen is een stollingsgesteente. Het is twee miljard jaar geleden ontstaan uit magma dat vrij kwam bij bijvoorbeeld een vulkaanuitbarsting.

Na blootstelling aan de lucht boven de aardkorst stolt het magma en wordt een steensoort gevormd.

Speksteen wordt ook wel zeepsteen genoemd. De steen voelt namelijk wat vettig aan. Speksteen heeft een hardheid van 1 of 2 Mohs.

 

-Seleniet is een vorm van gips, een gipskristal. Alle seleniet is gips. Het wordt ook wel de engelensteen genoemd.

Zuivere selenietkristallen zijn wit. Wanneer het in contact komt met ijzer kleurt het oranje, rood of bruin.

De naam komt van de Griekse godin van de maan, Selene.

 

-Albast is ook gips, maar een andere soort dan seleniet.

Het wordt niet in steengroeven gewonnen, maar in knolvormen in de grond gevonden.

Typerend zijn de gekleurde aders en de fijne haarscheurtjes.

De naam komt vermoedelijk van de stad Alabastron in Egypte. Het is ook mogelijk dat de stad naar de steen is genoemd.